- Mirjam van Donselaar
Geen plek van liefde en licht..
Terwijl ik leer binnen het Siberisch traditioneel sjamanisme valt me ineens wat op wanneer ik naar de drie werelden kijk, die we in veel sjamanistische tradities terugvinden: de boven, midden en onderwereld. De algemene opvatting van modern westers sjamanisme is vaak dat de onderwereld een plek is die niet zozeer SLECHT is, maar een plek van vruchtbare donkere aarde. De schoot van Moeder Aarde, waarin de zaadjes ontkiemen en de voorouders wachten om herboren te worden. Dit betwist ik niet, integendeel, ik schrijf er zelfs over in mijn boek “de Heilige Nachten” – wat gaat over dit transformerende aspect van het donker.
De onderwereld heeft verschillende gebieden, waarvan dit er één is. Het is de vruchtbare aarde ten gevolge van de transformatie. Transformeren doet vaak pijn en gaat gepaard met afscheid. Afscheid van het oude, wat ruimte en hernieuwde wijsheid schept voor het nieuwe. Voordat er iets nieuws geboren kan worden, moet er iets anders sterven. Dit is de wet. Dit zien we terug in de natuur, er is geen ruimte voor eeuwige groei, anders is er geen plek meer over en groeit alles dicht – wat uiteindelijk grootschalige destructie en monoculturen in de hand werkt. Een mooi voorbeeld zijn de bossen; wanneer het bos zo dicht wordt er planten op de bodem eronder sterven omdat er geen ruimte meer is om het licht door te laten om tot de grond te reiken.
De onderwereld dus, is een plek van vruchtbaarheid maar ook van sterven. Sterven is veelal een moeilijk, pijnlijk proces. Vaak gepaard met verdriet vanwege het naderend afscheid, soms ook fysieke pijn en angst voor wat komen gaat. Het is dus niet echt gemakkelijk, laten we maar stellen. Ook helpt ziekte meer dan eens mee in dit proces. Dodelijke ziektes zijn ook niet bepaald lieverdjes. In het sjamanisme is alles bezield en levend, niet alleen de leuke dingen – maar ook de niet-leuke dingen, zoals: - Je voelt hem al aankomen - ziektes. Fysiek en psychisch. Zij worden in traditioneel sjamanisme ervaren als geesten/spirits. De spirit van kanker, de spirit van leukemie, de geest van alzheimer, enzovoorts.
In traditioneel Siberisch sjamanisme bevinden deze geesten zich ook in de onderwereld. Het is dus in dit perspectief een plek van ziekte, sterven, destructie en andere geesten die zich bezighouden met het onttrekken van leven – in plaats van het schenken van helpende- en levengevende kwaliteiten. De werelden en hun geesten zijn dus niet allemaal lief en leuk, ze zijn levensgevaarlijk en binnen het Siberisch sjamanisme heeft iemand jarenlange training nodig om zich alleen al bezig te houden met deze materie. Ook binnen het noordwest Europese sjamanisme zien we in de onderwereld de rivier des doods met zwaarden op de bodem en plekken waar criminelen verblijven zoals moordenaars en andere kwaadwillende mensen. Er is dus niet één onderwereld, maar er zijn verschillende gebieden.
Nu rijst een filosofische vraag natuurlijk: “zijn deze geesten ‘slecht’?”, oftewel: kunnen we dan stellen dat de onderwereld dan tóch ‘slecht’ is?
Er is een mooi verhaal bekend uit Siberië waarin verteld wordt dat God (Great Spirit hoe je wil) de wereld schiep en er alleen maar welwillende, behulpzame en levengevende geesten leefden. Zij zorgden voor de mensen en de natuur en er was alleen maar groei en leven. De mensen bleven maar leven, kinderen krijgen en groeien, en God maakte zich hier op den duur wel zorgen om. Straks was er geen ruimte op de wereld meer over! God moest een oplossing bedenken en schiep daarom de zwarte geesten – de ziektes, de dood; de geesten van verval en destructie. Op deze manier werd de balans hersteld en ontstond er de natuurlijke cadans van het leven die we kennen als eb en vloed, leven en dood en de seizoenen.
Wat is dualisme? Het is een manier van de dingen benoemen die ik hierboven omschreef; die van dood en nieuw leven, eb en vloed enzovoorts. Ikzelf leg het uit als een wereld van de tegenstellingen; van twee naast elkaar bestaande grondbeginselen.
Het evenwicht behouden tussen twee polen is één van de motivaties van sjamanisme, zodat we niet in extremen vervallen. Slecht vind ik een niet-passend woord in deze context. Slecht betekent “onwenselijk” of “ontoereikend”. Het is minderwaardig aan goed. Dat is iets anders dan als beide polen gelijkwaardig zijn, hoewel aan verschillende uiteindes.
Goed en slecht zijn dus termen die we niet kunnen vergelijken met de duale wereld waar de onderwereld met de dood, ziektes en lijden een grote rol speelt in het natuurlijk evenwicht. Goed is namelijk de norm en slecht voldoet niet aan de norm. We zeggen ook niet dat het altijd maar dag moet zijn en nooit meer nacht mag worden omdat de dag de norm is en de nacht dus slecht. Zo ook met de donkere geesten van de onderwereld.
De onderwereld met de ziektes en demonen is dus iets wenselijks; het houdt alles in balans en is niet minderwaardig aan de geesten van de andere kant van het spectrum die leven schenken. Het traditioneel sjamanisme kijkt naar de onderwereld op deze manier; niet goed, niet slecht – gewoon een noodzakelijk onderdeel van het leven waar zij een interactie mee kunnen aangaan.
Soms helt de wereld naar de ene kant van de pool, soms naar de andere. Soms zijn ziektes, aanvallende gedachtes en dood teveel aanwezig en is de balans verstoord. De helper-spirits, voorouders, krachtdieren, van de sjamaan vertellen dit aan hem/haar en de sjamaan probeert hierin te helpen door de balans mede te doen herstellen.
Ook kan in ons lichaam ook de balans verstoord zijn. De sjamaan kan in het lichaam en de samenstelling ervan kijken wat er gaande is en eventueel helpen het evenwicht weer te herstellen wanneer dit door de helper-spirits is toegestaan en mogelijk is.
Dat de diergeesten, wat wij hier krachtdieren noemen, in de onderwereld verblijven is voor vele Siberische sjamanen vreemd om te horen. De dieren zijn toch behulpzaam? Volgens hun traditie verblijven zij in de Middenwereld, de wereld van de onze, hoewel op een ander niveau ervan.
Zo zie je maar weer, hoeveel verschillen er kunnen zijn in de interpretatie van de werelden van het sjamanisme. Wie zegt wat het juiste wereldbeeld is, als er al zoiets bestaat als de correctheid van waarneming en de beelden van de andere werelden...
Wie de kosmologie van het hindoeïsme vergelijkt met de Noordse mythes zal veel overeenkomsten vinden. Maar ook veel verschillen… wie zijn wij om te concluderen dat het ene fout is en het ander goed? In Siberië en Mongolië zijn er meer werelden tussen de onderlinge sjamanen te onderscheiden dan jij haren op je hoofd hebt. Zij zullen je allemaal iets anders vertellen wanneer je vraagt naar hoe een bepaalde plek eruit ziet; zij geven misschien de kleur blauw aan, hoewel jijzelf dit in het wit gezien hebt – en vaak hoor je dan dat ze toegeven dat wanneer het door de geesten aan jou in het wit verschenen is, je jouw eigen geesten moet volgen in hun aanwijzingen.
Misschien zijn daarom die termen – goed en slecht – niet iets waar we ons erg lang mee bezig moeten houden en kunnen we ons beter richten op de directe ervaring en de concrete toepassing en consequenties van datgene we meemaken, wat helpend is – wat onze helpers ons vertellen en wat voor doel de reizen naar de werelden hebben.
Wanneer we in het oog houden wat belangrijk is, kunnen we naar mijn mening op spiritueel gebied veel verdraagzamer met elkaar omgaan.
Comments